Het gezin de Brouwer woonde met hun 10 kinderen aan de Dommelseweg 86. Diverse van de kinderen waren van dusdanige leeftijd dat zij in aanmerking kwamen voor de Arbeitzeinsatz. Om dit te voorkomen doken zij onder. Johannes dook onder bij Café Aarts in Gastel. Diverse malen reisde hij van hier naar huis om op bezoek te gaan.
In 1944 werd hij tijdens een bezoek aan zijn ouderlijk huis gearresteerd. Ook Henk Gerrits die tegenover het gezin woonde werd gearresteerd en samen kwamen zij in kamp Amersfoort terecht. Ongeveer 6 weken later werden de twee via Durchanglager Soest naar het Duitse Meschede vervoerd. Hier werden ze tewerkgesteld bij de Honzelfabrieken die gedurende de oorlog vliegtuigonderdelen voor de Luftwaffe produceerde.
Op een gegeven moment zagen Johannes en Henk de mogelijkheid om van hun bewakers te ontsnappen. Helaas voor het duo werden ze al snel weer in de kraag gegrepen en belande ze wederom in de gevangenis. Als voorbeeld werden ze aan hun medearbeiders van de Holzenfabriek getoond en er werd gedreigd dat ze beiden doodgeschoten zouden worden. Dit om de andere dwangarbeiders te demotiveren om te ontsnappen. Ze werden echter niet doodgeschoten maar naar de gevangenis in Dortmund getransporteerd. Vanuit de gevangenis werden ze ingezet op de puinhopen van de geallieerde bombardementen op te ruimen. Na het ruimen werden ze steeds opgesloten in de gevangenis vanwaar ze diverse bombardementen in doodsangst doorstonden.
Na 6 weken werden ze weer terug gebracht naar de Holzenfabrieken in Meschede. Omdat de arbeiders niet voldoende voedsel kregen deden ze ook klusjes voor de lokale bevolking. Johannes deed dit voor een sigarenmaker waar hij in ruil voor zijn diensten tabak kreeg. Deze tabak kon hij dan weer ruilen tegen eten. In Februari 1945 werd Meschede 3 maal gebombardeerd. Dit gebeurde op 8, 19 en 28 Februari. Volgens Henk Gerrits bevond Johannes zich tijdens één van deze bombardementen zich op het adres van de sigarenmaker. Het lichaam van Johannes is nooit teruggevonden echter wel een doos met bezittingen die hij altijd met zich meedroeg.
Toen Henk na de bevrijding weer terugkeerde naar Valkenswaard kon hij de familie de Brouwer inlichten over de dood van Johannes.